Ga naar inhoud

Peter Moerenhout

Members
  • Aantal items

    806
  • Registratiedatum

  • Laatst bezocht

Berichten die geplaatst zijn door Peter Moerenhout

  1. We kunnen momenteel niet anders omdat de ontwikkelaar van de app niet tuk is op de verspreiding van pdf of cbr copies.

     

    Maar, Ik denk niet dat de tablet over tien jaar verdwenen zal zijn.

     

    Op een Mac en een pc met Windows 8 kan je ook al Apps installeren.

     

    En dan nog, als er over tien jaar rechtstreeks inhoud gedownload kan worden in het brein dan zetten we die content die betaald geweest is over op het nieuwe device voor al wie al betaald heeft.

     

    Als onze app beheerder failliet gaat zoeken we een andere.

     

    En als de magazines ooit stoppen zal ik er alles aan doen om ieder die betaald heeft PDF copies te bezorgen.

     

    En als je huis afbrand ben je al je strips kwijt, buiten ons digitale magazine natuurlijk. :-)

  2. Den totalen krieg!

     

    Scenarist Yann heeft na zijn piloten slash oorlogsstrip “Mezek” blijkbaar de smaak te pakken. Het tweeluik “Berentand” brengt meer oorlog en meer vliegtuigen. Gelukkig staan, net als in Mezek, de personages centraal.

     

    En Yann vliegt er meteen in. (Ha Ha) De plot van deze strip schakelt voortdurend heen en weer tussen het verleden en het heden. In het heden ontmoeten wij Max. Max is een naar Amerika geëmigreerde, joodse Sileziër. (Sileziaan?) Uit de strip, die historisch goed gestoffeerd is, leren we dat Silezië een regio is die nu eens onder Poolse heerschappij viel en dan weer onder Duitse.

    Tussen het neerschieten van kamikazevliegtuigen door, is jachtpiloot Max zo goed om voor ons af en toe eens te (dag)dromen over zijn verleden. Kwestie van het verhaal goed op te bouwen en vloeiend van verleden naar heden te flitsen.

     

    Max en zijn twee jeugdvrienden, Werner en Hanna dromen er al van kindsbeen van om piloot te worden. Er is echter één probleem: om piloot te kunnen worden moet je lid worden van de Hitlerjugend. Dat is onmogelijk voor Max omdat de Hitlerjugend het niet zo begrepen had op joden. Werner en Hanna wuiven de bezwaren van Max weg omdat ze hun droom om piloot te worden niet willen laten varen. Langzaam maar zeker blijkt dat die jugend niet zomaar een onschuldige jeugdbeweging was. (Spoiler!)

    In het heden komen we dan weer bij mondjesmaat te weten waar Hanna en Werner zich momenteel bevinden. Yann weet het flitsen tussen de verschillende tijdsvakken zo op te bouwen dat een zeer geslaagde spanningsboog ontstaat.

     

    De tekeningen van Henriet zijn van een knisperende schoonheid. Een mooie, dunne klare lijn voor de personages en een iets meer uitgewerkte achtergrond zorgen voor een grotere expressie bij de personages terwijl de lezer niet twijfelt aan het realisme van de setting.

     

    De vliegtuigen en luchtgevechten zijn de kers op de taart. Fantastische balletten van metaal, vuur en rook. Henriet heeft zich net als Yann zeer goed gedocumenteerd om de verschillende types van vliegtuigen goed in beeld te brengen en dat draagt bij aan de leeservaring.

     

    Eén klein minpuntje is dat Werner en Max als kind totaal niet van elkaar te onderscheiden zijn, hoewel ze geen broers zijn, laat staan tweelingbroers. De gelijkenis tussen de twee blijkt, wanneer ze volwassen zijn, een belangrijk punt in de plot maar dat wil niet zeggen dat ze toen ze jong waren geen verschillend kapsel hadden kunnen hebben.

     

    Soms gaat Yann wat over de schreef met zijn documentatie. Zo legt hij de ongeveer tien jaar oude Werner volgende dialoog in de mond:

     

    “Ik vrees dat Hanna gelijk heeft, Max! In het plebisciet van 1921 stemde een overgrote meerderheid ervoor om deel uit te maken van Duitsland. En sinds Hitler aan de macht is, wordt er gesproken over een annexatie van Silezië.”

     

    En dat dan nog onder het fietsen.

     

    Los van dit kleine (en lollige) schoonheidsfoutje zijn de dialogen echter van niveau en worden de personages op gedegen wijze uitgespit. Je zou op den duur nog gaan meeleven verdorie.

     

    Een prachtige strip, entertainend gebracht en waar je bovendien nog iets van bijleert ook. Wat willen we nog meer?

     

     

    Berentand Nr. 1: Max

    Scenario: Yann

    Tekeningen: Henriet

    Dupuis

     

    Prentjes en de cover op mijn blog: http://petermoerenhout.be/2013/10/01/recensie-berentand-nr-1-max/

  3. Ik ben zelf ook een voorstander van papier maar koop toch al dingen die enkel digitaal te krijgen zijn. Kwestie van dat ik het anders niet kan lezen.

     

    Als ik alle artikels en studies die ik al gelezen heb juist interpreteer dan zijn wij dinosaurussen en komt dat op termijn allemaal wel goed.

     

    Onder de 22 jaar zijn er nu al meer mensen die digitaal lezen dan op papier.

     

    Ik voorspel een evolutie naar:

     

    1. De meeste content zal digitaal verkrijgbaar zijn. (muziek, films, boeken, enz...)

    2. De dingen die wel nog tastbaar uitkomen zullen een soort van gelimiteerde luxe edities zijn.

     

    We zien dat nu al gebeuren in de muziekindustrie en die zitten een beetje voor op dit soort zaken.

     

    Dat zal niet voor de komende paar jaar zijn maar we zullen over tien jaar nog eens klappen. :e002:

  4. Ik zou me inderdaad ook geen illusies maken wat betreft de opbrengst van het magazine. Als we in het Nederlands 500 exemplaren van elk nummer verkopen hebben we al een bestseller in handen.

     

    Als ik even vlug reken zal men 10 euro per pagina krijgen als we 500 exemplaren verkopen. En eerlijk gezegd denk ik dat we eerder 250 exemplaren zullen verkopen, zeker in het begin.

     

    Doch, we zijn heel serieus over het zo snel mogelijk lanceren van de magazines in het Frans en in het Engels. En dan kan je het aantal verkochte exemplaren hopelijk verveelvoudigen.

     

    En het is tevens vrij revolutionair dat 30% van de verkoopsprijs rechtstreeks naar de auteurs gaat. Hoeveel of hoe weinig dat ook is, er zijn amper stripmagazines (en literaire tijdschriften) die kunnen betalen voor hun content. Bij mijn weten kan enkel Stripgids dat. En dat komt ook allemaal rechtstreeks uit subsidies.

     

    Wat betreft de tweedeling: dat is vooral het gevolg van de voorwaarden van de digitale winkels die een grens trekken tussen -17 en +17.

     

    De grens die jij daar trekt tussen alle leeftijden en voorbehouden voor volwassenen is inderdaad een correctere omschrijving. Maar zo omschrijven we het ook:

     

    "Strike wordt een magazine voor het hele gezin. Stroke wordt het iets volwassener en meer literaire magazine."

     

    Stroke wordt "iets volwassener", lees dan: bloed, bloot, gevloek, enz... zijn toegelaten. En Stroke wordt ook meer literair in die zin dat we ook strips met literaire inhoud (of literaire pretenties) zullen publiceren.

     

    Daarmee bedoelen we dan het equivalent van literatuur maar dan in stripvorm (bijvoorbeeld "Blankets"), in tegenstelling tot ontspannende lectuur in stripvorm (bijvoorbeeld XIII). Die lectuur gaan we dus evengoed ook publiceren. Wij kijken daar zeker niet op neer.

     

    In theorie gaat de discussie bijgevolg over het verschil tussen lectuur en literatuur in het algemeen. Daar kunnen we nog uren over palaveren aangezien die grens voor iedereen ergens anders ligt.

     

    Ik ben het met je eens dat dat een debiele term is, ik gruw zelfs persoonlijk van de term "grafische roman", juist omdat er misbruik van gemaakt wordt. Maar we willen de mensen die die termen gebruiken toch graag laten weten dat we de strips waarvoor zij die termen gebruiken ook zullen publiceren.

     

    Kwestie van veel exemplaren te verkopen.

  5. Na evaluatie zijn de voorwaarden lichtjes veranderd en verbeterd voor hen die in Stroke of Strike willen publiceren.

    In het kort:

    -Men hoeft GEEN lid te zijn van de/het Stripgilde. Dat is dus 50 euro lidgeld dat je in je zak steekt.

    -In ruil daarvoor neemt De Stripgilde 10% van de totale verkoopprijs van het magazine voor werkingskosten.

    -Het is mogelijk dat we, naast 30% van de verkoopprijs ook een plaatprijs zullen kunnen uitbetalen aan de auteurs. Dat hangt af van de goedkeuring van ons subsidiedossier bij het VFL. Die plaatprijs zal retroactief worden uitbetaald (dus vanaf nr. 1) en kan oplopen tot 50 euro/pagina. De uitslag van onze subsidie aanvraag weten we in maart 2014...

    Nog eens de volledige en aangepaste publicatievoorwaarden:

     

    De magazines

     

    -Strike wordt een magazine voor het hele gezin. Stroke wordt het iets volwassener en meer literaire magazine.

     

    -Elk magazine zal om de twee weken verschijnen zodat er elke week een nieuw exemplaar van één van de twee magazines zal uitkomen.

     

    -De magazines zullen elk ongeveer dertig pagina's strips bevatten.

     

    -We zijn van plan om publicatie voor de publicerende auteurs interessanter te maken door links naar jullie websites, blogs, flickrs, enzovoort te publiceren. Ook een korte bio en/of bibliografie behoren tot de mogelijkheden.

     

    -Er worden momenteel allerlei publicatiemogelijkheden bekeken. De Apple Store is daar één van, maar we willen ons zeker niet beperken. Andere stores zijn ook in de running.

     

    -Om zoveel mogelijk te verkopen worden ook pistes onderzocht om in andere talen te publiceren. Maar dat zal sowieso niet voor meteen zijn. We moeten ook onderhandelen over de rechten van bepaalde strips die in het blad voorgepubliceerd zullen worden.

    De richtdatum momenteel is om zes maanden na het eerste Nederlandstalige nummer in het Frans en het Engels te beginnen.

     

    De verloning

     

    -De publicerende auteurs krijgen een percentage van de opbrengst van elk verkocht exemplaar. Dat wil dus zeggen dat je vanaf het eerste verkochte exemplaar wordt betaald.

     

    -De verkoopsprijs en de verdeling van de opbrengst liggen nog niet vast. Sowieso moet er een deel naar de digitale winkel gaan en een deel naar de ontwikkelaars van de app waarin het magazine wordt aangeboden.

    We schatten nu in dat er ongeveer 30% naar de ontwikkelaar van de app zal gaan, 30% naar de digitale winkel en 10% naar de Stripgilde voor werkingskosten.

    Dat zal dan ongeveer 30% voor de auteurs zijn.

     

    -Om de zaken simpel te houden worden de royalty’s om de zes maanden uitbetaald. We bekijken hoeveel exemplaren van alle nummers in die zes maanden verschenen nummers er verkocht werden en delen de opbrengst door het aantal strippagina's.

    De opbrengst per pagina zal dus voor iedereen die in die zes maanden gepubliceerd werd dezelfde zijn.

    Voor de eerste jaargang wordt een uitzondering gemaakt en worden de royalty’s pas na 1 jaar uitbetaald.

    De reden daarvoor is dat we vermoeden (en hopen) dat de verkoopscijfers tijdens de eerste maanden zullen stijgen en dat we het eerste nummer (en misschien ook het tweede) aan een introductieprijs willen aanbieden. We willen de auteurs die in die eerste jaarhelft publiceren niet willen benadelen.

     

    -We dienen voor beide bladen een aanvraag voor subsidie in. Ongeveer 90% van de subsidie die we vragen is om onze auteurs een plaatprijs te kunnen betalen.

    Of de subsidie wordt goedgekeurd en hoeveel die plaatprijs zal zijn weten we in maart.

    Als het maximum wordt goedgekeurd zal die plaatprijs tussen de 40 en de 50 euro bedragen. (Dat komt bovenop de royalty’s.)

     

    Hoe publiceren?

     

    -Stuur je strip naar Marcel Rouffa (Strike@stripgilde.be) voor Strike en naar Peter Moerenhout (Stroke@stripgilde.be) voor Stroke.

    Let op, de redactie beslist in welk magazine de inzendingen worden gepubliceerd. Er wordt je daarvoor uiteraard wel eerst toestemming gevraagd.

     

    -Je inzending stuur je in volgens de volgende specificaties:

     

    • Minimum 300 DPI
    • Liefst in .Tiff
    • JPG of PDF mag ook maar voor Pdf’s geldt dan dat elke pagina in een apart pdf bestand moet zitten.
    • RGB is toegelaten

     

    -Vervolgverhalen of langere verhalen die gesplitst kunnen worden zijn welkom.

     

    -Als je je strip ook in het Engels (of andere talen) hebt dan mag je die meteen ook meezenden.

     

    -Is je verhaal reeds gepubliceerd geweest, laat ons dan weten in welke vorm of in welk blad.

     

    -Je vermeld alles wat je belangrijk lijkt, waaronder je naam, eventueel pseudoniem, je adres, je bankrekeningnummer, de titel van de strip, eventuele links naar je website die je graag vermeld ziet, een biografie van maximaal 6 regels, .

     

    Lid worden van De Stripgilde

     

     -Er was een eerste idee om in het blad voorrang te geven aan leden van De Stripgilde. Omdat we echter een blad willen zijn voor en door auteurs en we iedereen de kans willen geven om te publiceren zijn we van de voorwaarde van verplicht lidmaatschap afgestapt. Iedereen is dus welkom.

     

    -Let op: mensen die digitale albums willen uitgeven via de Stripgilde moeten wel lid zijn.

  6. Het kan me aan mijn reet roesten of mensen een strip kopen of niet. Ik verdien er toch niets op. Misschien moet ik eens wat deals gaan doen in een achterkamertje. Maar wat is dat nu eigenlijk juist, zo'n achterkamertje? Is dat dan een kamertje dat achter een gebouw ligt? Er achteraf aan toegevoegd enkel om duistere deals te sluiten?

     

    En zijn er stripauteurs die zo'n kamertje hebben, want ik heb er zelf geen. Misschien kan men dat huren of zo?

     

    Wikipedia zegt dit:

     

    De achterkamer is bij kamers en suite de kamer aan de achterkant van het huis.

    Meestal is het de eigenlijke woonkamer, terwijl de voorkamer als mooie kamer werd gezien, de kamer waar men zondags zat of zijn visite ontving.

    Het is dus de kamer die van de straat af niet te zien is. Overdrachtelijk gezien zijn de dingen die hier gebeuren of worden besproken niet-openbaar. Sterker nog: ze zijn geheim. Vandaar dat de term achterkamertjespolitiek wordt gebruikt voor politieke beslissingen die in het geniep zijn genomen, dus zonder bespreking in een (politiek) bestuursorgaan.

     

    Aha, dan hebben we dus eigenlijk allemaal een achterkamer en geen voorkamer...

     

    Interesting...

  7. Hoerenchance

     

    Seks verkoopt, dat is algemeen geweten. Een strip over prostituees zou dus zeker moeten verkopen. Vooral als er nog wat gehint wordt over maffiatoestanden en geweld. “De Klant” staat dus in pole position om een verkoopstopper te worden. Toch is deze strip niet wat hij lijkt.

     

    De opzet is vrij cliché van aard: een man wordt verliefd op een hoertje en wil haar bevrijden van haar pooier. Aangezien de man geen geld heeft om het hoertje vrij te kopen ontvoert hij de dochter van haar pooier om deze onder druk te zetten.

     

    Initieel was ik een beetje teleurgesteld dat die opzet achteraan op de strip uit de doeken wordt gedaan. Ik ben ervan overtuigd dat de strip nog een tikkeltje beter zou zijn zonder deze voorkennis. Als u nooit de achtercover leest en ik nu dezelfde stommiteit begaan heb: mijn excuses.

     

    De opzet is dus cliché. Gelukkig is de uitwerking dat niet. De strip gaat minder om de plot dan om hoe de personages die in die plot heen en weer worden gemanoeuvreerd zich verhouden tot elkaar. Over hoe ze zich voelen. Op een inlevende en sfeervolle, maar nooit kleffe, manier weet scenarist Zidrou deze strip boven de plot uit te tillen en maakt hij er een kijkje in de afgrond van de menselijke psyche van.

     

    De personages komen realistisch over, geen bordkarton hier, en geloofwaardige en flitsende dialogen vonken van de pagina. Dat sommige van die dialogen, dankzij hun filmische gevatheid, in mijn hoofd beter zouden klinken in het Engels, ligt eerder aan mijn opvoeding dan aan de kunde van Zidrou.

     

    Zidrou spit de karakters ook niet uit met een spervuur aan tekst maar laat ruimte aan tekenaar Man om met kleine gebaren of gezichtsuitdrukkingen de innerlijke machinaties van de cast te openbaren.

     

    Er zitten natuurlijk ook actie en geweld in “De klant” maar Zidrou weet dat handig op te sparen tot op het einde door van de eerste paar gewelddadige gebeurtenissen enkel de gevolgen te laten zien en niet de agressie zelf. Als er dan op het einde toch een paar gewelddadige scènes voorkomen, komen die minder hard aan dan in de voorgaande scènes waarin we enkel de gevolgen ervan zagen. Zeer mooi gespeeld van de makers.

     

    Het einde van de strip is niet per se enorm gevat. Er zijn geen twists of plotwendingen van jewelste. Eerder nog werd ik verrast door de puurheid en de simplesse ervan.

     

    De tekeningen van Man zijn sfeervol en ondanks dat de man (sorry) weet hoe hij de kleur zwart moet gebruiken val ik er niet meteen van op mijn gat. Aan de andere kant maakt zijn inkleuring heel veel goed. Duisternis die af en toe gekliefd wordt door goedkoop neonlicht. Het lijkt wel een film van Nicolas Winding Refn.

     

    Ook de paginaopbouw van Man slaagt erin de middelmaat te overstijgen. Geen gepraal maar to the point, het verhaal en de spanningsboog dienend en de cinemazaal evocerend.

     

    Mensen die deze strip kopen in de hoop een blote borst of twee te zien zullen bedrogen uitkomen, er wordt immers nogal veel gesuggereerd. Maar misschien raakt deze vertelling een hartsnaar bij hen en blijkt dat des te bevredigender.

     

    De Klant

    Tekst: Zidrou

    Tekeningen: Man

    Dargaud

     

    Prentjes en de cover op mijn blog: http://petermoerenhout.be/2013/09/14/recensie-de-klant/

  8. Jong geleerd…

     

    Nostalgie is mottenballenemotie. Allemaal goed en wel maar ik ben verslingerd aan mottenballen. De Urbanusstrips maken een belangrijk deel uit van mijn woelige prepubertijd. De strips gingen mee op schoolreis, op kamp en naar dat oude wrak van een vrachtwagen dat stond te verkommeren in de velden achter ons huis. Ze werden uitgewisseld, uitgeleend en niet terug gebracht, maar vooral kapot gelezen.

     

    De aantrekking was duidelijk. De strips boden een zekere vorm van anarchie en rebelsheid, seks, kaka en ongebreidelde fantasie. Dat alles verankerd in een wereld die, ondanks de absurditeiten die schering en inslag waren, toch duidelijk herkenbaar was als het typische kleine Vlaamse dorp.

     

    Urbanus was het uitgelezen strippersonage om de strips aantrekkelijk te maken voor kinderen. Hij is hopeloos naïef, maar toch inventief, dommer dan wij, maar ook leep. En welk kind houdt er nu niet van een volwassene die zich als snotneus gedraagt en de ene stoot na de andere uithaalt?

     

    Maar dat was vroeger. Heeft de strip de tand des tijds doorstaan? En belangrijker nog: ben ikzelf nog vatbaar voor wat ik vroeger het einde vond?

     

    Als ik naar de nummering kijk, dit is al het 154ste deel in de reeks, heb ik meer albums niet dan wel gelezen. U kent dat wel: opgroeien, dat is kiezen. Uitgaan kost nu eenmaal geld en lijdend aan een eerste gebroken hart schrijft men liever melodramatische en solipsistische poëzie en liefdesbrieven dan dat men in een hoekje wegkruipt met een strip van Urbanus.

     

    Uitgaan kan ik al lang niet meer zoals ik dat vroeger deed, het zijn de katers die ons de das omdoen, en mijn hart werd al een tijdje geleden veilig met gewapend beton omgoten. Tijd om nog eens een strip van Urbanus te lezen…

     

    In Psychiatergeflater lopen twee verhaallijnen naast en door elkaar om op het einde mooi samen te vloeien. Cesar, de pa van Urbanus en een simpele boer, mag niet meer drinken en krijgt een speciale helm op de kop gezet die hem de lekkere smaak van alcohol ontzegt. Het resultaat daarvan is dat hij slimmer wordt, een psychiaterpraktijk opent en zich opwerpt als de grootste autoriteit aller tijden aangaande de vrouwelijke psyche. Eufrazie, zijn vrouw, die wordt simpelweg bezeten door de geest van een oude Egyptische dievegge. Het zit dus duidelijk nog snor met de absurditeiten.

     

    Wat opvalt, is dat de plot enorm geconcentreerd is. Er zijn maar 30 pagina’s en er gebeurt heel wat in dit verhaal. De ene bizarre wending volgt de andere op met een duizelingwekkende snelheid. Ondanks de gigantische ongeloofwaardigheid van praktisch alle gebeurtenissen blijf je als lezer constant in de comfortabele zone van de suspension of disbelief. Je neemt met andere woorden alles aan wat er in dit universum voorvalt. Dat is uiteraard geen unicum in de stripwereld maar zo ver doorgedreven als bij Urbanus heb ik het nog niet vaak meegemaakt. En dat verdient lof.

     

    De dialogen, die ik vroeger al hilarisch vond qua intelligent aangebrachte stompzinnigheid zijn van een hoog niveau. Ik vermoed tevens dat ze in de categorie “love ‘em of hate ‘em” thuis horen. Mensen die de perfect uitgedrukte domheid van figuren als Beavis & Butthead of Ren & Stimpy niet kunnen velen zullen in de Urbanusstrips evenmin hun gading vinden.

     

    Ik kan er niet aan doen, maar wanneer Urbanus een sarcofaag opent waaruit een mummie komt die roept: “Wie verstoort mijn eeuwige rust!” en Urbanus vervolgens antwoordt: “Heu… Niemand! Ze hadden mij geduwd!” dan moet ik lachen.

     

    De tekeningen zijn iets netter en helderder dan ik me herinner. Natuurlijk verkies ik de groezelige sfeer waarin de eerste strips baadden, dat was “mijn” Urbanus, maar vermoedelijk zal een hedendaagse snotneus deze tekenstijl verkiezen. Dus daar gaan we ons niet aan storen.

    Elke generatie zijn Urbanus!

     

    Urbanus nr. 154 – Psychiatergeflater

    Tekst: Linthout & Urbanus

    Tekeningen: Linthout

    Assistentie: Steven de Rie

    Inkleuring: Sabine De Meyer

    Standaard Uitgeverij

     

    Prentjes en de cover op mijn blog: http://petermoerenhout.be/2013/08/28/recensie-urbanus-nr-154-psychiatergeflater/

  9. Rond en gezond

     

    Men zou kunnen zeggen dat nog een ridderstrip, en dan nog één over koning Arthur en zijn ronde tafel, een strip teveel is. Men zou ook kunnen zeggen dat het verhaal humoristisch maken al eerder gedaan is door Monty Python en daarom geen meerwaarde heeft. “Larie!” Zeg ik. “Apekool!” Zeg ik. Ik ben een fan van originele ideeën en vernieuwende concepten en die zijn in de reeks “Kaamelott” inderdaad misschien wat moeilijker vindbaar. De meerwaarde ligt echter in de uitwerking.

     

    “Kaamelott” is gebaseerd op de gelijknamige Franse tv-reeks. Alexandre Astier schrijft beide de televisieserie en de strip. Het televisieprogramma kent een groot succes in het land van kaas en honing en hoewel ik de reeks nog niet gezien heb vermoed ik dat dat succes ligt aan de dialogen en de amusant uitgewerkte strubbels tussen de vele personages.

     

    De verhoudingen tussen de verschillende personages stoelen op alledaagse verwikkelingen. De plot van de zevende aflevering van de strip is zodoende vrij herkenbaar. Koning Arthur logeert in een deelstaat van zijn rijk, Carmelide, bij zijn schoonouders. In principe is Arthur de grote baas in het koninkrijk maar zijn schoonouders zijn de heersers van de deelstaat. Aan de ene kant is Arthur dus de overste van zijn schoonouders, maar aan de andere kant is hij getrouwd met hun dochter. Arthur en zijn schoonvader komen, op zijn zachts gezegd, niet echt overeen en al na enkele prentjes starten ze een gebakkelei dat doorheen de hele strip blijft duren. Als de lieftallige gade van Artur echter ontvoerd wordt door een onbekende grootmacht, die bovendien Carmelide probeert te veroveren, gaan de poppen helemaal aan het dansen.

     

    Arthur en zijn schoonvava kunnen het maar niet eens worden over de te volgen weg om de invallers het hoofd te bieden en de prinses te redden en doen de hele situatie door hun gebekvecht (bekgevecht?) grandioos ontsporen. Uiteindelijk wordt een beroep gedaan op de ridders van de ronde tafel en de heersers van andere deelstaten van het land.

     

    Het hilarische aan de mannelijke personages in deze strip is dat ze in de grond veruit allemaal losers en onnozelaars zijn. Zo werden ze gecast in de televisieserie en zo worden ze ook getekend door Steven Dupré. Geen knappe binken maar pufferige zweters met een gezellig buikje. Ze liggen bovendien nog eens allemaal onder de sloef bij hun respectievelijke vrouwen. Die vrouwen blijken dan weer bijna allemaal dragonders en xantippes die de huishoudelijke touwtjes stevig in handen houden.

     

    De dialogen zoemen in het rond en draaien bijna onveranderlijk uit op discussies die nergens heen gaan. Extra entertainend, als het ware. Verwarring en onbegrip alom.

     

    Astier giet over dit geheel nog een (kaas)sausje van satire. Trage administratie, het lompe militaire apparaat en kibbelende politici krijgen allemaal een veeg uit de pan.

     

    Steven Dupré tekent de gebeurtenissen met veel vaart en aplomb. Hij balanceert constant tussen realisme (nodig voor de actie) en een licht cartooneske toets (nodig voor de humor), maar verliest nooit het evenwicht. Vooral met de mimiek van de personages en hun lichaamstaal krijgt Dupré de lachers onder ons op de hand.

     

    Dupré spring ook op kundige wijze om met lichtjes uit de band springende camerastandpunten, wat zorgt voor een fris ritme en een aantrekkelijke bladspiegel. De lezer zal zich niet vervelen, quoi?

     

    “Kaamelott” is binnen zijn genre één van de topreeksen en biedt een half uurtje ontspanning voor de mensen die geen geld genoeg hebben om twee weken naar de Franse Provence te trekken.

     

    Kaas.

     

    Kaamelott Nr. 7 – Tegenaanval op Carmelide

    Tekst: Alexandre Astier

    Tekeningen: Steven Dupré

    Kleur: Picksel

     

    Prentjes en de cover op mijn blog: http://petermoerenhout.be/2013/08/15/recensie-kaamelott-nr-7-tegenaanval-op-carmelide

  10. Ik denk dat dat veel meer gerelateerd is met page count dan met de narratieve stijl die eigen is aan de genres. Je kunt nu eenmaal maar zoveel karakterontwikkeling steken in een dosis verhaal.

    Sanctuary of Parasite, bijvoorbeeld, zijn qua lengte - rekening houdend met hoe manga scenes qua aantal tekeningen graag uitrekt vergeleken met de hoeveelheid verhaal die dan verloopt - waarschijnlijk vergelijkbaar met een stevige Franco-Belgische cyclus, en ik vind dat er een vergelijkbare hoeveelheid karakterontwikkeling gebeurt in pakweg de originele Lanfeust Van Troy cyclus.

     

    De narratieve stijl is sowieso gerelateerd aan de page count. Anders ben je als schrijver niet zo goed bezig. :e002:  Maar je haalt het zelf aan: de page count en dus ook de narratieve stijl zorgen voor meer karakterontwikkeling.

  11. Ik denk dat er niet per se een link is met het format. Okay, ze moeten 22 pagina's vullen maar ze zijn meestal wel met meer. (Redacteur, schrijver, tekenaar, inkter, inkleurder, letteraar, covertekenaar)

     

    Geweld komt bij mij soms ook harder aan als het onverwacht komt. Dus strips met veel geweld zorgen er meestal eerder voor dat het net niet aankomt.

     

    Euro of comics: bij mij komt het geweld aan als ik geef om de personages. Dus hoe beter de strip geschreven is, hoe meer het geweld aankomt.

     

    (En ik lees nu eenmaal meer Amerikaanse strips, die ikzelf doorgaans beter geschreven vind, dus daar komt het geweld harder aan)

  12. Kijk uit! Achter je!

     

    Van die thrillers met geheimzinnige moordenaars, tieners die een foute beslissing nemen en daar voor moeten boeten en bloed, veel bloed: ik krijg er geen genoeg van. Scenarist Zidrou levert, samen met tekenaars Benoît Ers en Ludo Borecki en inkleurster Scarlett Smulkowski, een strip af die een originele draai geeft aan het genre.

     

    In de hoofdrol: een politiek correct samengesteld clubje van zestienjarige tienermeisjes. Een zwart meisje, een eenarmig gehandicapt meisje, eentje met een hoofddoek, een rosse en een boekenworm. Net een reclame voor Benetton. Ik lach, maar zulke initiatieven kunnen we natuurlijk enkel toejuichen. Temeer daar de meiden normaal en natuurlijk met elkaar omgaan en de makers geen geforceerde, regenboogkleurige boodschap proberen mee te geven. Een maatschappij waarin alle mensen met zo’n verschillende achtergrond als gelijken, neen als vrienden, met elkaar omgaan is iets waar we nu nog enkel op kunnen hopen. En de verandering moet ergens ingezet worden.

     

    Daarmee komen we al meteen bij één van de sterkste punten van deze strip: de karakterontwikkeling. Zidrou neemt lang genoeg de tijd om zijn personages te introduceren, de dialogen vloeien natuurlijk en elk van de meiden heeft eigen unieke trekjes en eigenaardigheden.

    Dat geldt ook voor de moeders van deze vijf tieners. Moeders, geen vaders, want de vijf hoofdrolspeelsters hebben allemaal geen (thuiswonende) vader meer. Daaruit vloeit de rest van de plot, als bij wonder, mooi uit voort.

     

    Het alleen opvoeden van kinderen is een ondankbare taak, die bovendien bemoeilijkt wordt door tijds- en geldgebrek. U kunt zich wel voorstellen dat de meisjes vaak overhoop liggen met hun respectievelijke moeders. Op een bepaald moment, wanneer ze allemaal zitten te klagen over de vrouw die hen gebaard heeft, ontdekken de vijf een mysterieuze website. Daarop kan je tegen betaling gelijk wie laten straffen op gelijk welke manier.

     

    De meisjes denken dat dit een grap of een spelletje is en verzinnen, in stijgende lijn van gruwelijkheid, straffen voor hun moeders. Als de eerste straf echter daadwerkelijk wordt uitgevoerd door een akelige man in een zwarte pietkostuum gaat de bal aan het rollen.

    De verdere uitwerking van de plot verloopt langs de geijkte paden. Doch, dankzij de zo goed getroffen karakters en het vrij bloederige einde van de strip raakt het verloop je meer dan de doorsnee thriller.

     

    De tekeningen zijn niet slecht maar ook niet van een alles overtreffende schoonheid. Het verhaal wordt goed verteld en het ritme van de platen zit goed. Basta.

     

    Wat ook zeer duidelijk is, is dat de tekenaars zeer goed naar Bruno Gazzotti gekeken hebben. Een beetje bewondering en creatief stelen is goed, maar deze strip mist grafisch gezien toch nog een eigen smoelwerk.

     

    De inkleuring is in het zelfde bedje ziek. Ze is zeker niet slecht, maar de computereffecten liggen er soms toch iets te dik op.

    Gelukkig is dat allemaal niet het belangrijkste bij dit soort uitgaven. De plot primeert. “Moeder Killers” is spannend, schiet met een grote vaart vooruit en laat je benieuwd naar het volgende deel achter. Missie geslaagd.

     

    Moeder Killers nr. 1

    Tekst: Zidrou

    Tekeningen: Benoît Ers en Ludo Borecki

    Inkleuring: Scarlett Smulkowski

    Dupuis

     

    Plaatjes en de cover op mijn blog: http://petermoerenhout.be/2013/07/12/recensie-moeder-killers-nr-1/

×
×
  • Nieuwe aanmaken...